het atoom wordt gekarakteriseerd als de fundamentele eenheid van materie die bestaat uit een kern en een golf van ongunstig geladen elektronen.
een proton is een absoluut geladen molecuul en wordt ontdekt in de kern van het atoom.
een elektron had een negatieve lading.
een neutron heeft geen elektrische lading.
kerngetal is hetzelfde als het aantal protonen in de kern.
massa getal is gelijk aan het aantal protonen naast het aantal neutronen.
het aantal neutronen wordt berekend door het kerngetal af te trekken van het massagetal.
het aantal protonen is gelijk aan het aantal elektronen in een onpartijdig atoom.
de hoeveelheid deeltjes in één mol van een stof wordt het getal van avogadro genoemd en wordt geschat op 6,02 x 10 23.
het punt waarop elektronen worden geëlektrificeerd, gaan ze van het ene krachtniveau naar een hoger niveau krachtniveau.
als ze weer naar de grondtoestand vallen, stralen ze kracht uit als licht en er ontstaat een prachtig lijnspectra sed.
de toe-eigening van een elektron in een molecuul wordt de elektronische rangschikking genoemd.
anionen zijn negatieve deeltjes en worden gevormd wanneer moleculen elektronen opnemen
kationen zijn zekere deeltjes en worden gevormd wanneer moleculen verliezen elektronen.
componenten zijn onberispelijke stoffen die bestaan uit een of meer klassen van stoffen die niet kunnen worden afgebroken tot eenvoudigere stoffen door brouwvormen.
isotopen zijn twee of meer manifestaties van een component met hetzelfde aantal protonen en toch een onderscheidend aantal neutronen.
een antwoord is een homogeen hetzelfde mengsel van twee of meer stoffen
heterogene mengsels bestaan uit verschillende waarneembare stoffen en zijn niet overal uniform.
een opgeloste stof is een stof die de neiging heeft om te worden afgebroken, bijv zout, terwijl een oplosbaar middel de stof is die typisch vloeibaar is en de opgeloste stof afbreekt, b.v. water.
formules zijn zo samengesteld dat de ladingen op het kation elkaar om de beurt doorkruisen.
coëfficiënten verwijzen naar die getallen die zijn samengesteld vóór producten en reactanten om de vergelijking gelijk te maken.
reactanten worden ontdekt op de linkerhelft van de responsschacht en de producten worden aan de rechterkant ontdekt.
endotherme reacties nemen de energie op van het omringende terwijl exotherme reacties energie ontladen.
fysieke eigenschappen verwijzen naar de manifestatie van het materiaal en doen dat geen nieuwe stoffen vormen
chemische eigenschappen leiden tot de structurering van nieuwe stoffen
de 34 wet van behoud 34 van energie stelt dat de massa's van de reactanten in een brouwsel-wiskundige verklaring betrouwbaar gelijk zullen zijn aan de massa's van de items.
er zijn drie toestanden van materie, sterke vloeistoffen en gassen.
vaste stoffen hebben een bepaalde vorm en volume.
de deeltjes in vloeistoffen zijn bijna verdeeld en kunnen effectief dicht bij elkaar bewegen. ze hebben sowieso geen eenduidige vorm ze hebben een positief volume.
gassen hebben grof gescheiden deeltjes die inconsistent onregelmatig zijn